Mensen in systemen:
Drie gesprekthema’s voor de zelfkritische coach
- Rutger Slump -
Twee jaar geleden maakte ik door een heftig herseninfarct een diepe sprong in ons zorgsysteem. Het schrijven van wat uiteindelijk roman Hoofdstuk zou worden (Futuro Uitgevers) heeft me laten nadenken over mensen in systemen. Ik liep namelijk vast in het goedbedoelende zorgsysteem dat eerder mijn leven gered had. Mensen deden vol overgave wat van hen verwacht werd maar niet zozeer wat nodig was. Werkelijk iedereen was er bewust van dat het niet goed ging met mijn revalidatie, en toch greep niemand in. En ik, achter mijn rollator, probeerde kansloos mijn autonomie hoog te houden. Er was als een warme deken begrip, medeleven en liefde uit mijn omgeving. En tegelijkertijd werd ik met klem verzocht om mijn situatie te accepteren en niet van het systeem af te wijken. “Wees geen Don Quichot!”, “Je boosheid heeft zijn nut gehad. Wat heb jij nu nodig om rust te vinden in jezelf?”; Beide varianten gaven me een beklemmend gevoel.
Nu, twee jaar verder, ben ik ondanks alle prognoses weer aan het werk en twijfel ik over mijn eigen rol in de maatschappij. Ik ben in spannende gesprekken met ‘De Zorg’, familie en vrienden, en onbekende lezers over vragen als: ‘Hoe kunnen we ervoor zorgen dat we niet vast blijven zitten in een kansloze dynamiek waarin we elkaar van een afstand bestuderen?’, ‘Hoe kan het zijn dat mensen elkaar zo kunnen mislopen in goedbedoelende systemen?’, en ‘Wat had ik kunnen doen?’. We komen er niet uit, maar het brengt ons dichter bij elkaar. Ik hoop ook op interessante, mijns inziens relevante, gesprekken met mijn vakgenoten. Ik mis het zelfkritische gesprek, en dit artikel is een aanzet daartoe. Hierbij een voorzetje van drie thema’s die mij bezighouden:
1. Bewustzijn is niet genoeg
‘Ze had de procedure kunnen volgen. Ze had met een glimlach kunnen zeggen: “Wat vervelend dat u het zo ervaren heeft. Bent u bekend met het klachtenformulier?”. Ze had niets kunnen doen. Ik had het begrepen. Ik had het zelfs verwacht. Ik had eigenlijk geen verwachtingen van haar. Maar gelukkig, ze zag mij en besloot wat te doen aan mijn ellendige situatie. Het doet er niet toe of ik gelijk heb of niet.’.
Bewustwording is de heilige graal in coaching. Ik heb echter ondervonden dat mensen, ondanks een hoog bewustzijn dat iets misloopt, bijna nooit tegen het systeem in gaan. Dat vraagt ook flink wat lef, want je wordt al snel afgerekend. En toch is het in sommige gevallen hard nodig. “Ik heb een mooi gesprek met mijn coach gehad” is heel prettig, maar het mist al snel een vervolg. Waar ligt onze verantwoordelijkheid als coach voor het daadwerkelijk in beweging brengen van mensen?
2. Eenvormigheid is een keurslijf
Het is een verademing om de wereld door deze man [een vrijwilliger] weer een beetje te ontmoeten. Eindelijk geen afgetrainde vriendelijke jonge vrouw met een paardenstaart, maar een ongeschoren man met een gelkapsel waarnaast ik ook gewoon lelijk en man kan zijn. Hij doet niet geforceerd aardig of professioneel netjes, maar is gewoon praktisch. Ik vind al die vrouwen in het centrum geweldig, maar ik mis de mannelijke energie om mezelf weer terug te vinden. Deze vrijwilligers met hun lompe grappen en desinteresse helpen mij hier enorm mee.
Ik heb ervaren hoe moeilijk het is om jezelf te zijn als je omgeving erg homogeen is. Er ontstaat sociale druk om in te voegen en ‘normaal’ te zijn. De mentale druk in het revalidatiecentrum was voor mij heftiger dan het infarct en ik was extreem opgelucht toen ik mezelf in de buitenwereld weer vond. Ik was terug en stapte als Rutger weer door de wereld. Mijn dubieuze humor keerde terug en mijn vriendin vond haar vriend terug. Na enkele maanden begon ik met re-integreren en direct ervaarde ik een druk die ik herkende uit mijn tijd in het revalidatiecentrum. De sportieve vrouwen met stappentellers hadden plaats gemaakt voor een collectief van vrouwen met grote sjaals, yoga en meditatie. Direct was ik weer alert: Mag ik hier afwijken? Dit was de tweede keer in korte tijd dat ik de druk voelde om mijn eigenheid te verlaten aanliep. Ik heb de waarheid niet in pacht, maar wellicht is het wel tijd om als collectief te kijken naar onze eigen diversiteit, om ruimte te geven voor een ander geluid. Voor onszelf en voor onze context.
3. Coaches sturen
Ik begrijp alleen niet waarom ze [behandelteam] niet gewoon bij binnenkomst hebben gezegd: ‘Wij nemen de regie over jouw leven vanaf hier over. Wij zijn namelijk experts in jouw situatie, en je moet vanaf nu doen wat wij zeggen, dan maak je de grootste kans op herstel. …’
Een coach ondersteunt de coachee. Dat lijkt evident, maar is dat wel zo? Onbewust ga je als cliënt mee in de open, maar altijd sturende, vragen van de coach die niet jij maar je coach gekozen heeft. Hoe kan het ook anders? Je krijgt een professional tegenover je die aangeeft dat je bijvoorbeeld terug moet naar je essentie, want die is er. Wellicht kan het niet anders, maar ik vraag me af hoe eerlijk we durven te zijn naar onze cliënten over ons eigen doel in het gesprek. Ik heb ervaren dat onduidelijkheid op de langere termijn frustreert als je niet op een lijn zit.
Een tussenruimte voor gesprek
Plotseling moet ik hard lachen. Het is voor het eerst in ruim twee weken tijd en iedereen kijkt naar mij. Hanna [psychologe] loopt direct vuurrood aan en kijkt zenuwachtig in het rond. ‘Meneer Slump, ik wil u op de gang spreken. We lachen niet om elkaars handicap!’
Ik denk dat we tussenruimtes nodig hebben om een gesprek te voeren over het vak, met mensen buiten ons eigen systeem. Een onprofessionele ontmoeting met een groot glas whisky of een dikke joint waarbij we kunnen lachen en huilen om wat we aan het doen zijn met elkaar. Een moment om even de maskers te laten vallen en uit het rollenspel te stappen dat we met elkaar spelen.
‘Rutger Slump (1978) is executive trainer en teamcoach met een focus op teamwerk en vernieuwing in continu veranderende omgevingen om tot duurzame ontwikkeling te komen. Hij is trainer van het programma Winning Teams bij het Europees Instituut, en auteur van de roman Hoofdstuk (Futuro, 2020) en managementboek Baanbreker (Boom, 2014).’
Next post